Net als in zijn vorige boek, Tot in de hemel (The Overstory), schrijft Powers in Verwilderd (Bewilderment) over mensen en, hun omgang met, de natuur. Ging het in dat vorige boek vooral over bomen en het wood wide web (het ondergrondse web van wortels, schimmels en talloze andere organismen), in Verwilderd gaat het met name over dieren en de manier waarop wij ze behandelen.
De verteller, de astrobioloog Theo Byrne, die in het dagelijkse leven speurt naar leven op andere planeten, zorgt in zijn eentje voor zijn zoontje Robin na de dood van zijn vrouw, Robins moeder, Alyssa, die een gedreven milieubeschermer en dierenrechtenactivist/jurist was. Zij kwam om het leven toen ze met haar auto een overstekende opossum probeerde te ontwijken. Theo en Robin lijden ieder op hun eigen manier onder haar dood. Robin houdt daarbij vast aan haar ideeën en principes. Zo eet hij veganistisch, zamelt geld in voor milieugroepen en gaat tenslotte spijbelen van school om met een door hem zelf beschilderd bord vol dieren en planten die op het punt van uitsterven staan, voor het deelstaatparlement te gaan zitten. De plek waar zijn moeder haar juridische gevechten voerde. Hij kan niet begrijpen waarom de mensen zo met de natuur, met dieren, omgaan als ze doen. Zoals ook zijn vader doet. Theo Byrne weet dat hoe hij en de meeste mensen leven, niet de goede manier is maar hij heeft ondervonden dat het niet zo makkelijk is om je gedrag te veranderen en al helemaal niet om dat van andere mensen te veranderen.
Aan de ene kant zien we hier de compromisloze manier van Robin en zijn moeder om te proberen de wereld beter te maken, waar we de echo van mensen als Greta Thunberg in herkennen, en aan de andere kant de ratio van mensen die wel weten dat het niet goed gaat maar die zich machteloos voelen, overeind proberen te blijven zonder cynisch of wanhopig te worden. Geen zin hebben om te veranderen of liever zoeken naar leven op andere planeten dan proberen het leven op deze planeet te beschermen. Mensen die beseffen dat het niet goed gaat, die de urgentie voelen van klimaatverandering, het razendsnelle uitsterven van dieren en planten, de vernietiging van hele ecosystemen ten behoeve van die ene soort, lijken deze twee keuzes te hebben. Of uit deze conclusie de consequenties trekken en die toe te passen of te denken dat het allemaal toch geen zin heeft, dat het wel erg veel moeite kost en het hoofd buigen. Misschien een elektrische auto rijden, af en toe geen vlees eten. Net genoeg om je eigen geweten te sussen. De meest toegepaste manier. Waardoor er zo goed als niets verandert.
In Verwilderd wordt de eerste manier door een vrouw en een kind belichaamd, de man kiest voor de andere. Een stereotype scheiding tussen emotie en rationaliteit? De vrouw en het kind, de principiële activisten in dit boek, delven het onderspit. Probeert Powers hier een weergave van de werkelijkheid te schetsen om de lezers aan het denken te zetten of is het onbewust gedaan, vanuit gemakzucht en een beperkte denkwereld?
Het is altijd makkelijker om een boek goed te vinden als je je in kan leven in een of meerdere personages, als je je herkent in hen, in hun strijd, hun filosofie en overtuigingen. Altijd een dingetje om in je achterhoofd te houden. In dit boek staan Alyssa en Robin voor een vrij radicale mening. Vaak afgedaan als overdreven, niet realistisch en sentimenteel. Maar zijn die meningen wel zo radicaal of is de werkelijkheid, de manier waarop wij met dieren omgaan niet juist extreem?
Het is ook makkelijk om radicale ideeën te projecteren op kinderen, vooral als die dan ook nog op een of andere spectrum lijken te zitten zoals bij Robin het geval lijkt te zijn. Hij is niet zoals de andere kinderen bij hem op school, niet alleen omdat hij zonder moeder opgroeit en radicale ideeën heeft maar ook omdat zijn gedrag afwijkt van wat ‘normaal’ is. Er zijn diverse diagnoses gesteld voor de problemen waar hij mee worstelt. Zijn vader probeert hier oplossingen voor te vinden zonder hem medicijnen toe te hoeven dienen.
Kinderen en jongeren lijken over het algemeen extremer in hun standpunten, compromislozer, om het ook maar even zwart-wit tegen elkaar te zetten. Niet voor niets is de klimaatbeweging zo vol met jongeren. Ze hebben eisen die volwassenen eerder als onwerkbaar, onmogelijk en onredelijk afdoen. Ze hebben ook meer te verliezen, hun hele toekomst hangt immers af van hoe we nu omgaan met de aarde. Het lijkt alsof de jongeren scherper zien wat er mis is, minder belemmerd worden door vastgeroeste patronen, door systemen die log en traag zijn als mammoettankers, niet makkelijk van koers te veranderen.
Dat zie je ook in dit boek waar vader Theo achter de standpunten van zijn zoon en vrouw staat, het met ze eens is maar waar hij geen oplossingen voor heeft en dus maar niets, of niet genoeg, onderneemt. Theo staat hier voor het dilemma waar veel mensen tegenwoordig voor staan: je ziet dat dingen fout gaan, met het klimaat bijvoorbeeld, maar je denkt niet dat je er wat aan kan doen en dus stop je je kop weer in het zand want niets zo frustrerend als je machteloos voelen. En het leven op zo’n manier dat de aarde en al haar bewoners het beter hebben dan nu betekent vaak individuele ‘opofferingen’ waar niet iedereen toe bereid of in staat is. Als veganist, als plasticweigeraar, als iemand die geen auto rijdt en niet vliegt loop je vaak tegen onbegrip en erger aan en dat kan eenzaam zijn. Daarvoor moet je sterk in je schoenen staan. Daarom is het jammer dat het personage van de moeder niet duidelijker uitgewerkt is. Dat zij geen stem heeft. Om te laten zien dat het ook mogelijk is zo te leven als volwassen, ‘normaal’ persoon. Of is het niet mogelijk en moet ze daarom sterven? Het lijkt haast alsof Powers hier betoogt dat de enige manier om te overleven in deze maatschappij is, is door je aan te passen aan de massa. Door niet te ver af te wijken van wat gangbaar is. De manier waardoor er niet snel iets zal veranderen.
Met hoe het afloopt lijkt Powers een somber toekomstvoorspelling af te geven. De activisten redden het niet, gaan ten onder. Toch is het een prettig leesbaar boek, Powers is immers bovenal een goede schrijver, dat tot overpeinzen en wellicht tot nieuwe inzichten leidt.
Voor wie nog andere opties zoekt dan de in dit boek gegeven kan Jonathan Franzens artikel What if we stopped pretending, in de New Yorker (september 2019) lezen. Zelfs al heb je geen hoop meer om het tij te keren, en hij pleit ervoor die hoop niet langer te koesteren, is er altijd nog van alles mogelijk en de moeite waard. Elke actie die gericht is op het weerbaarder maken van mensen en ecosystemen in de ellende die er zonder twijfel gaat komen, is een actie om er beter mee te kunnen omgaan. En zal de wereld, de mensheid, de natuur meer helpen dan niets doen. Of in zijn woorden: ‘Although the actions of one individual have zero effect on the climate, this doesn’t mean that they’re meaningless. Each of us has an ethical choiche to make. (…) I can respect the planet, and care about the people with whom I share it, without believing that it will safe me.’
Auteur: Richard Powers
Uitgeverij: Atlas Contact
ISBN: 9789025471392
Oorspronkelijke titel: Bewilderment
Vertaler: Jelle Noorman