‘Van oude mensen de dingen die voorbijgaan’ (Couperus)
Waarom waren de uitgestorven mensen zo klein en de dieren extreem klein of juist extreem groot op het eiland Flores?
Frank Westerman schrijft boeken waarin hij een antwoord probeert te vinden op een vraag die hij zichzelf stelt. Omdat hij zich ergens over verwondert. Altijd hebben die vragen en boeken te maken met een bepaalde geschiedenis en meestal spelen die op verschillende plekken op aarde. Geschiedenis en geografie zijn verschillende dimensies van een verhaal.
In het zoeken naar een antwoord doet Westerman uitgebreid onderzoek en reist overal heen waar hij informatie denkt te vinden. Hij weeft zichzelf en zijn vragen in het verslag dat hij van zijn reizen doet waardoor het nooit droge informatie wordt en je geboeid doorleest. Literaire non-fictie die bij tijd en wijle net zo spannend is als een goede thriller.
Westerman zoekt niet alleen naar feiten. Hij volgt vooral de levens van de mensen die beslissingen hebben genomen, ontdekkingen hebben gedaan of die toevallig op de juiste tijd op de juiste plek waren. Mensen die de loop van de geschiedenis, en het verhaal daarover, bewust of onbewust beïnvloed hebben. Als lezer volg je zijn zoektocht, leef je, soms wat meer en soms wat minder, mee met hem en zijn personages.
In Wij, de mens tracht Westerman erachter te komen wat het verschil is tussen mensen en dieren en tussen de huidige mens, homo sapiens, en zijn voorouders. Waar en op welk moment werd de aap mens, en de homo erectus, homo sapiens. Hij doet dit samen met studenten die hij lesgeeft. Hij gaat hiervoor van de Maasvlakte naar Flores, Java en Lombok in Indonesië, van Wallacelijn naar de oevers van de Maas in België en Frankrijk.
Zijn verwondering waaruit dit boek ontstaan is begon met de vondst van een kleine schedel op Flores, Indonesië. Deze schedel van een mensachtige (homo floresiensis ook wel oneerbiedig Hobbit genoemd vanwege de kleine gestalte) kon hier helemaal niet voorkomen. Hier was iets vreemds aan de hand. En er blijken veel meer dingen vreemd. Er is bijvoorbeeld niet een eenduidige stamboom van de mensheid, de Hominidae. Net als dat er verschillende theorieën zijn die ook telkens weer veranderen zijn er verschillende stambomen. Nieuwe vondsten van uitgestorven menssoorten leidden al gauw tot nieuwe hypotheses. De ultieme onbetwiste waarheid van wie wij zijn en vooral wie wij waren, zal hoogstwaarschijnlijk nooit boven water komen. Het zijn verhalen die wij elkaar vertellen. Verhalen die vaak meer te maken hebben met hoe wij in het leven staan, tegen dingen aankijken, met hoe wij gewend zijn dat verhalen zijn opgebouwd dan met de feiten.
Wij, de mens bestaat grofweg uit vier verhaallijnen. Als eerste de geschiedenis van de oermens tot aan de huidige homo sapiens. Als tweede de strijd en rivaliteit tussen wetenschappers die bovenstaande geschiedenis tot een sluitend verhaal pogen te maken. En als derde de steeds veranderende theorieën over die geschiedenis. Drie lijnen die alles met elkaar te maken hebben. Daardoorheen weeft Westerman de vierde verhaallijn: zijn eigen verhaal en zijn eigen theorieën. Storend vond ik de vooringenomen stelling van Westerman dat de mens fundamenteel anders is dan het dier. Hoger, beter. Ondanks dat steeds meer wetenschappers en anderen ervan overtuigd zijn dat de mens een dier is met een aantal eigenschappen die hem uniek maken. Maar dat hebben vogels, vissen, giraffen, en alle andere dieren ook. Dat maakt ze andere dieren. De schrijver gaat niet onbevangen op zoek naar een antwoord maar lijkt soms te zoeken naar een bevestiging van zijn overtuiging. Niet dat een schrijver van dit soort boeken per se volkomen objectief moet zijn, maar een zekere mate van openstaan voor nieuwe inzichten leest wel zo prettig. Waardoor je als lezer ook meer verrast wordt door eventuele nieuwe inzichten of conclusies.
In dit boek gaat het over missiepaters, paleoantropologen, wetenschappers en amateurs en de rivaliteit tussen hen. Over de verschillende theorieën over het ontstaan en het verloop van de mensheid. En hoe die meer samenhangen met de op dat moment heersende tijdgeest dan met wat er misschien echt aan de hand was. Theorieën die gevormd worden naar aanleiding van de vondst van slechts één of een paar stukje(s) bot. En het fantaseren en filosoferen over mogelijkheden.
Een bevredigend antwoord op Westermans vragen is lang niet altijd de uitkomst van zijn boeken. Ook bij Wij, de mens blijkt er geen gemakkelijke, heldere verklaring te zijn.
Ondertussen is dit zeker een interessant boek dat mij weer het een en ander geleerd heeft over de oorsprong van de mens, de vele variëteiten die voorkwamen, en soms nog voorkomen. De wonderbaarlijke wereld van de evolutie. Maar ook over hoe feiten niet op zichzelf staan, hoe ze een verhaal vertellen dat wij misschien niet altijd meteen begrijpen.
Ik heb wel een beetje moeite met de boeken van Westerman. De thema’s en onderwerpen die hij behandelt spreken me altijd wel aan en daarom ben ik elke keer weer benieuwd, maar ik heb er last van dat het vaak over veel verschillende personen gaat. Wie had nou ook alweer welke theorie bedacht en waarom was die ander daar dan weer tegen? Dat maakt zijn boeken voor mij soms lastig te volgen. Tegelijkertijd heb ik grote bewondering (en jaloezie!) voor zijn werkdrift, zijn productie. Wat moet die man onderhand veel weten en wat weet hij dat toch elke keer weer knap op te schrijven, op een manier waarbij hij veel mensen kennis laat maken met onderwerpen die soms ver van hen af lijken te staan.
Verhalen vertellen is volgens Westerman wat de mens onderscheidt van het dier. En boeiende verhalen vertellen is wat Westerman knap doet in zijn boeken.
Wij, de mens
Frank Westerman
Querido Fosfor
978021412122